3. Installatie
3.1. Venus GX Overzicht van aansluitingen

De Venus GX ondersteunt maximaal 6 VE.Direct apparaten, ongeacht of ze zijn aangesloten via VE.Direct poorten of USB. Deze limiet kan echter lager zijn in complexe systemen, bijvoorbeeld met meerdere PV omvormers of gesynchroniseerde omvormers. Zorg altijd voor voldoende speling in het systeemontwerp om een betrouwbare werking te garanderen.
3.2. Montagemogelijkheden en accessoires
De volgende montageopties en accessoires zijn verkrijgbaar:
3.3. Voeden van de Venus GX
Het apparaat wordt gevoed via de Power in V+ connector en accepteert 8 tot 70 V DC. Het kan niet worden gevoed via een andere aansluiting (bv. Ethernet of USB). De meegeleverde DC voedingskabel bevat een inline 3,15 A trage zekering.
Voeding met een VE.Bus BMS
Als de VGX wordt gebruikt in een installatie met een VE.Bus BMS, sluit dan de Power in V+ aansluitklem aan op de VGX aansluitklem met “belastingsontkoppeling” op de VE.Bus BMS. Sluit beide negatieve draden aan op de negatieve verdeelrail of de gemeenschappelijke minpool van de accu. Dit is niet nodig voor de VE.Bus BMS V2 en VE.Bus BMS NG, omdat beide een GX Power uitgang hebben.
Belangrijk: voeden vanuit de AC uitgangsklem van een VE.Bus omvormer, Multi of Quattro:
Het voeden van het GX apparaat met een AC adapter die is aangesloten op de AC uitgang van een VE.Bus apparaat (bijv. omvormer, Multi of Quattro) kan een impasse veroorzaken:
Na een storing of een black start zullen de VE.Bus apparaten niet opstarten omdat de VGX geen voeding krijgt.
De VGX kan niet opstarten omdat de omvormer/lader is uitgeschakeld, waardoor een vicieuze cirkel ontstaat.
Tijdelijk alternatief
Koppel de VE.Bus kabel kort los van het GX apparaat om de VE.Bus producten opnieuw te laten opstarten.
Permanente oplossing:
Pas de RJ45 bekabeling aan. Raadpleeg Veelgestelde vragen V20 voor meer informatie hierover.
Aanbeveling:
Vermijd voeding van het GX apparaat via de AC uitgang van een omvormer/acculader. In het geval van uitschakeling door overbelasting van de omvormer, hoge temperatuur of lage accuspanning, wordt het GX apparaat ook uitgeschakeld, waardoor alle bewaking en remote toegang verloren gaan. Het wordt sterk aanbevolen om het GX apparaat rechtstreeks via de accu van stroom te voorzien.
Isolatie overwegingen
Het GX apparaat wordt aangesloten op verschillende systeemcomponenten. Om aardlussen te voorkomen, moet ervoor gezorgd worden dat de juiste isolatie praktijken worden gevolgd. In de meeste gevallen is dit geen probleem, maar een goed systeemontwerp blijft essentieel.
Type poort | Cerbo GX | Cerbo GX MK2 | Ekrano GX | Venus GX |
---|---|---|---|---|
VE.Bus | Geïsoleerd | Geïsoleerd | Geïsoleerd | Geïsoleerd |
VE.Direct | Geïsoleerd | Geïsoleerd | Geïsoleerd | Geïsoleerd |
VE.Can | Niet geïsoleerd | 1) | 1) | Geïsoleerd |
USB 3) | Niet geïsoleerd | Niet geïsoleerd | Niet geïsoleerd | Niet geïsoleerd |
Ethernet 2) | Geïsoleerd | Geïsoleerd | Geïsoleerd | Geïsoleerd |
1) VE.Can poort 1 is galvanisch geïsoleerd, VE.Can poort 2 is niet geïsoleerd 2) De Ethernet poort is geïsoleerd, met uitzondering van de afscherming: gebruik niet afgeschermde UTP kabels voor het Ethernet netwerk. 3) USB poorten zijn niet geïsoleerd. Het aansluiten van een WiFi dongle of GPS dongle levert geen problemen op, omdat deze apparaten niet worden gevoed door een externe voeding. Zelfs als er een USB hub met aparte voeding wordt gebruikt, kan er een aardlus ontstaan. Uitgebreide tests hebben echter aangetoond dat dit geen operationele problemen veroorzaakt. |
Uitbreiding van USB poorten
Het aantal USB poorten kan worden uitgebreid met behulp van een USB hub. De ingebouwde USB poorten hebben echter een beperkte stroom beschikbaarheid.
Aanbeveling
Gebruik steeds USB hubs met voeding en selecteer producten van hoge kwaliteit om problemen te minimaliseren.
Om het aantal VE.Direct apparaten te verhogen, kunt een VE.Direct naar USB adapter gebruikt worden. Raadpleeg dit document voor het maximale aantal apparaten dat kan worden aangesloten op verschillende GX apparaten.
3.4. Relais aansluitingen
De Venus GX heeft een potentiaalvrije Normaal Open (NO) en Normaal Gesloten (NC) relais functionaliteit. De functie van de relais kan ingesteld worden via het GX menu: Instellingen → Relais → Functie.
Relay 1 is van bijzonder belang, daar het niet alleen gebruikt kan worden voor handmatige of temperatuur gebaseerd starten (zoals met Relais 2), maar ook als een alarm, aggregaat start/stop of tankpomp relais.
Als de relais functie is ingesteld als een alarmrelais, is het mogelijk de polariteit van het relais om te keren via aan extra menu. Standaard staat het relais ingesteld op Normaal Open (NO). Houd er rekening mee: het omkeren van de polariteit naar Normaal Gesloten resulteert in een iets hoger stroomverbruik van het GX apparaat.
Belangrijk
Zorg ervoor dat de spannings- en stroomlimieten van de relais in acht worden genomen, zoals gespecificeerd in deTechnische specificaties.